Rechtspraak
Met dit artikel wordt een uitstapje gemaakt naar bestuursrechtspraak omdat de door de Raad van State erkende uitzonderingspositie (risicoverschuiving bij niet-afhalen aangetekende post) mogelijkerwijs naar analogie doorgetrokken kan worden naar incasso-gerelateerde zaken. Bijzondere feiten en omstandigheden kunnen een dergelijke verschuiving in het voordeel van de geadresseerde rechtvaardigen.
Centrale Vraag
Deze zaak gaat niet over de hoogte van de aan [appellant] toekomende schadevergoeding, maar over de toegang tot de rechter. Centraal staat de vraag of [appellant] tijdig beroep heeft ingesteld bij de rechtbank.

Rechtbank
De rechtbank heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard, omdat het is ingesteld nadat de wettelijke termijn van zes weken was verstreken. Het in beroep bij de rechtbank bestreden besluit is op 3 februari 2021 aangetekend naar het adres van [appellant] verzonden en op 4 februari 2021 op dit adres aangeboden, maar kon daar toen niet worden bezorgd.
De brief is daarna ook niet afgehaald bij het afhaalpunt van PostNL en op 19 februari 2021 retour gekomen bij het Instituut.
Onder verwijzing naar de uitspraak van de Afdeling van 21 februari 2018, ECLI:NL:RVS:2018:585, heeft de rechtbank overwogen dat als PostNL bij aanbieding van het stuk niemand thuis treft en daarom een afhaalbericht achterlaat, het niet ophalen van dat stuk bij het kantoor van PostNL voor rekening van de geadresseerde komt.
Als deze stelt geen afhaalbericht te hebben ontvangen, dan ligt het op zijn weg om feiten aannemelijk te maken op grond waarvan redelijkerwijs kan worden betwijfeld dat er een afhaalbericht is achtergelaten. [appellant] heeft geen feiten of omstandigheden gesteld op grond waarvan kan worden aangenomen dat er geen afhaalbericht is achtergelaten, bijvoorbeeld door aannemelijk te maken dat er problemen zijn met de postbezorging en dat nader te onderbouwen. Ook verder zijn geen feiten gesteld die verschoonbaarheid meebrengen. Dit betekent dat het beroep niet-ontvankelijk is omdat het te laat is ingesteld, aldus de rechtbank.
Standpunt Appelant
[appellant] stelt dat geen afhaalbericht is achtergelaten en dat hij dit onmogelijk aannemelijk kan maken. De uitspraak van de rechtbank is volgens hem een schoolvoorbeeld van hoe een juridische fuik van de overheid de burgers kansloos maakt.
[appellant] heeft het Instituut bij brief van 26 januari 2021 in gebreke gesteld voor het uitblijven van het besluit op bezwaar. Hij is er door het besluit van 19 maart 2021 op zijn verzoek tot betaling van een dwangsom achter gekomen dat er een besluit op bezwaar was genomen. Hij heeft bij brief van 21 maart 2021 laten weten dat hij het besluit op bezwaar niet had ontvangen en dat het besluit op bezwaar ook niet was opgenomen in zijn zogeheten digitale dossier van het Instituut. Dat betrof een fout van zijn zaakbegeleider bij het Instituut. Vervolgens heeft een medewerker van het Instituut het besluit op bezwaar per e-mail van 23 maart 2021 aan hem toegezonden. Hij heeft zijn beroepschrift op 19 april 2021 bij de rechtbank ingediend, dus ruimschoots binnen de in de Awb gestelde termijn, aldus [appellant].

Standpunt Instituut
Het Instituut heeft in een e-mailbericht van 26 november 2021 erkend dat de behandeling van deze zaak binnen het Instituut niet de schoonheidsprijs verdient. Het besluit op bezwaar is retour ontvangen, intern naar de verkeerde afdeling gezonden, door een fout niet in het zogeheten digitale dossier van het Instituut opgenomen en er is niet, zoals bij het nieuwe administratiesysteem wel gebeurt, bij de toezending van het besluit per post tegelijkertijd een e-mailnotificatie aan [appellant] gestuurd.
Op de zitting bij de Afdeling heeft het Instituut de vraag opgeworpen hoe [appellant] zou moeten bewijzen dat het afhaalbericht hem niet heeft bereikt. [appellant] moet volgens het Instituut redelijkerwijs aannemelijk maken dat geen afhaalbericht is achtergelaten.
Het Instituut heeft erop gewezen dat [appellant] in andere gevallen wel snel heeft gereageerd en dat hij zelf aan de bel heeft getrokken bij het Instituut. Ook heeft het Instituut de vraag opgeworpen hoe [appellant] zou moeten weten dat de rechtspraak bij termijnoverschrijding in dit soort gevallen een termijn van twee weken hanteert. Het Instituut bepleit daarom uitdrukkelijk dat [appellant] de termijn van twee weken niet wordt tegengeworpen. Het zou de voorkeur verdienen als het beroep van [appellant] tegen het besluit over schadevergoeding inhoudelijk aan de orde kan komen, aldus het Instituut.
Vaste Lijn
Als een besluit of uitspraak via een bij de Autoriteit Consument en Markt geregistreerd postvervoerbedrijf aangetekend is verzonden en de betrokkene de ontvangst ervan ontkent, moet in verband met de eventuele verschoonbaarheid van een termijnoverschrijding als bedoeld in artikel 6:11 van de Awb worden onderzocht of het stuk door het postvervoerbedrijf op regelmatige wijze aan het adres van de belanghebbende is aangeboden.
Wanneer het postvervoerbedrijf bij aanbieding van het stuk niemand thuis treft en daarom een afhaalbericht achterlaat, komen de gevolgen van het niet ophalen van dat stuk bij het postvervoerbedrijf voor risico van de belanghebbende.
Stelt de belanghebbende geen afhaalbericht te hebben ontvangen, dan ligt het op zijn weg feiten aannemelijk te maken op grond waarvan redelijkerwijs kan worden betwijfeld dat een afhaalbericht is achtergelaten. Daarbij kan relevant zijn of de betrokkene bij het bestuursorgaan heeft geïnformeerd naar de stand van zaken van de besluitvorming.
Een vergelijkbare lijn wordt ook gevolgd bij incasso-zaken. Indien aangetekende stukken (zoals incassobrieven of ingebrekestellingen) niet kunnen worden bezorgd, komt dat in beginsel voor risico van de geadresseerde. Zeker indien er een afhaalbericht door het vervoersbedrijf is achtergelaten en de geadresseerde vervolgens de stukken niet binnen de geldende termijn ophaalt.
Echter, in deze bestuursrechtelijke zaak blijkt dat de gevolgen voor het niet afhalen van procedurele stukken of bescheiden in uitzonderlijke gevallen niet voor risico van de geadresseerde dienen te komen. De vraag kan opgeworpen worden in hoeverre dit naar analogie ook geldt voor incasso-gerelateerde kwesties. Dat zal in de toekomst moeten gaan blijken.
Beslissing Afdeling Bestuursrechtspraak
De gevolgen van het niet afhalen van het stuk bij een afhaalpunt van het postvervoerbedrijf dienen volgens de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in dit geval niet voor risico van [appellant] te worden gelaten. [appellant] heeft het Instituut in gebreke gesteld voor het uitblijven van het besluit op bezwaar.
De Afdeling acht het aannemelijk dat [appellant] het besluit op bezwaar zou hebben afgehaald, als hij een afhaalbericht zou hebben ontvangen. Daarbij is ook van belang dat [appellant] direct contact heeft opgenomen met het Instituut toen hij kennis kreeg van het bestaan van het besluit op bezwaar. Verder staat vast dat het proces bij het Instituut niet goed is verlopen, wat er ook toe heeft bijgedragen dat [appellant] niet binnen de beroepstermijn kennis heeft genomen van het besluit op bezwaar.
[appellant] was er niet van op de hoogte dat de beroepstermijn is gaan lopen na de aangetekende verzending van het besluit op bezwaar en verkeerde in de veronderstelling dat hij na de ontvangst van de e-mail van 23 maart 2021 een termijn van zes weken had om tegen het besluit op bezwaar beroep bij de rechtbank in te stellen. Deze termijn is ook vermeld in het besluit op bezwaar. [appellant], die zonder rechtsbijstandverlener procedeerde, wist niet en hoefde ook niet te weten dat deze termijn bij de verzending van het besluit op bezwaar per e-mail inmiddels verstreken was.
De Afdeling ziet in de omstandigheden van dit geval aanleiding om het ingestelde beroep als niet verwijtbaar te laat aan te merken. Met het vasthouden aan de termijnen voor bezwaar en beroep wordt beoogd rechtsonzekerheid te voorkomen die ontstaat doordat een besluit ook na het verstrijken van die termijnen niet onaantastbaar blijkt te zijn. Het dient dus de rechtszekerheid, niet alleen van partijen, maar ook van andere belanghebbenden.
Start Online Uw Incasso
100% No Cure No Pay | Geen Verborgen Kosten | Snelle Uitbetaling | NL Dekking | Gevestigd in regio Eindhoven & Helmond | MKB en ZZP | > 12 jaar Ervaring | Duidelijke Taal | Klantvriendelijke Frontoffice | Juridische Ondersteuning | Incassokosten Berekenen | Gratis Voorbeeldbrieven